Nader onderzoek geluidsoverlast

De DMCR doet de komende twee jaar uitgebreid onderzoek naar de geluidsoverlast in Oostvoorne. Inwoners deden dit eerder jaar massaal hun beklag over de industrie.

Westvoornaars ontvingen in maart een enquête van de gemeente Westvoorne, Havenbedrijf Rotterdam, Deltalinqs, Vereniging Verontruste Burgers van Voorne en de DCMR. 551 Mensen stuurden de vragenlijst ingevuld terug. Hieruit blijkt dat  bedrijven en industrie de nachtrust van een op de drie Oostvoornaars verstoren. 17 Procent van de ondervraagden geeft zelfs aan dat die ernstig is verstoord. De percentages in het dorp zijn drie tot vier keer zo hoog als in Rockanje en Tinte. Er is ook een duidelijk verschil in perioden waarin de industrie daar hoorbaar is en perioden waarin niet. Inwoners horen de industrie ineens goed, terwijl de activiteiten van industrie normaal en constant zijn. Een derde van de Oostvoornaars heeft ook nog eens last van het specifieke bromtoongeluid. Specifieke weersomstandigheden zorgen dat de lage tonen hoorbaar zijn in het dorp. Oostvoornaars maken zich door al die hinder bovendien meer zorgen over de gevolgen voor hun gezondheid.

De milieudienst verricht tot september 2016 vervolgonderzoek. Het onderzoek moet uitwijzen of er een aantoonbaar verband is tussen bepaalde geluidsbronnen en de overlast. ‘De oorzaak voor de hinder is nu nog niet toe te wijzen aan één bron,’ aldus hoofd Bureau Geluid Miriam Weber van de DCMR. Meetapparatuur houdt de geluiden van de industrie, N15, Havenspoorlijn en de scheepvaart in de gaten. Overige geluidsbronnen als vliegtuigen en lokaal wegverkeer maken geen deel uit van het onderzoeksproject. Inwoners houden tegelijkertijd hun ervaringen bij. ‘Zo koppelen we de resultaten van de geluidmetingen aan de effecten op de burgers.’

Afhankelijk van de uitkomsten onderzoekt de milieudienst later de mogelijkheden voor het verminderen van de geluidsoverlast.