‘Investeer in transportnetwerk Rotterdamse haven’
ROTTERDAM –Europarlementariërs Corien Wortmann – Kool (CDA) en Jan Mulder (VVD) bezochten vrijdag de Rotterdamse haven. De Europese begrotingsonderhandelingen zijn van cruciaal belang voor het succes daarvan en dat van de nieuwe Tweede Maasvlakte.
Noord-Europa
Nederland investeert miljarden in de uitbreiding van de Rotterdamse haven met zo’n 2000 hectare. Een goede infrastructuur is zeker met de komst van de Tweede Maasvlakte noodzakelijk. Dat kan door aanzienlijke financiële bijdragen uit Europa. De Europese Commissie stelt voor om de komende acht jaar 31,7 miljard euro te reserveren voor infrastructuurprojecten als wegen, tunnels, luchthavens, spoorlijnen, kanalen, sluizen en pijpleidingen. Tijdens de onderhandelingen over de Europese meerjarenbegroting moet blijken of dit bedrag in stand kan blijven. De Rotterdamse wethouder Jeannette Baljeu (VVD) vindt het logisch dat de Europese Unie vooral investeert in transportnetwerken van en naar ‘haar’ haven. Onderzoeksbureau NEA constateerde dat zeven havens in Noord-Europa vier keer zoveel containers overslaan als elf concurrerende havens in Zuid-Europa. ‘Europa wordt gevoed en bevoorraad via het noorden,’ beargumenteerde de wethouder.
Metronetwerk
Rotterdam mag nu dan al één van de grootste havens ter wereld hebben; de verbindingen naar het achterland zijn versnipperd. Ook de Rotterdamse haven is voor verdere groei afhankelijk van de Europese bestedingen om de aan- en afvoer van goederen te kunnen optimaliseren. ‘Achterlandinvesteringen zijn dus cruciaal,’ benadrukte wethouder Baljeu vrijdag. Voor Nederland zijn niet alleen de spoorverbindingen belangrijk. CDA’er Corien Wortmann – Kool noemde het transport over water. Zij maakt zich hard voor investeringen in het vervoer vanaf de zeehavens naar binnenhavens met goede overslagfaciliteiten.
Het Europees beleid is ambitieus. Europa moet in 2050 het volledige transportnetwerk gereed hebben. Het kernnetwerk met de hoofdverbindingen al twintig jaar eerder. De transportverbindingen moeten als ‘een metronetwerk in een grote stad gaan werken.’ Dat laatste is nog lang niet het geval.